Daar was laatst een Matsie loos,
die wou gaan varen, die wou gaan varen.
Daar was laatst een Matsie loos,
die wou gaan varen als lichtmatroos.
Hij moest klimmen in de mast,
vieren de zeilen, vieren de zeilen.
Hij moest klimmen in de mast,
vieren de zeilen die zotte gast.
Matsie, Matsie, lichtmatroos,
sluit nu je ogen, ga maar wat dromen.
Matsie, Matsie, lichtmatroos,
sluit nu je ogen en slaap als een roos.